Cito rekenen
Cito rekenen
Geld Hierbij gaat het om rekenen met munten en bankbiljetten. 8 Verhoudingen Hierbij gaat het om elementaire verhoudingsproblemen waarbij ook berekeningen uitgevoerd moeten worden. Bijvoorbeeld bij een recept de hoeveelheden aan het aantal personen aanpassen. 9 Breuken Hierbij gaat het om basiskennis en elementaire begrippen die nodig zijn om met breuken en gemengde getallen te kunnen werken en om het oplossen van breukenvraagstukken. 10 Procenten Hierbij gaat het om basiskennis en begrip van procenten en het kunnen gebruiken van percentages in allerlei reële contexten. 11 Rekenen met een zakrekenmachine Bij dit onderdeel gaat het om het met inzicht gebruiken van de zakrekenmachine. Er wordt zoveel mogelijk gewerkt met realistische getallen. De leerlingen mogen de zakrekenmachine gebruiken om het rekenwerk uit te voeren. In de Inhoudsverantwoording worden de leerstofonderdelen die in de toets B8/M8 aan de orde komen gedetailleerd beschreven en geïllustreerd met opgaven die in de toetsen voorkomen. Daarnaast zijn in de Inhoudsverantwoording overzichten opgenomen die u een beeld geven van de doorgaande lijn van eind groep 6, via medio groep 7 en eind groep 7 naar begin en medio groep 8. Deze overzichten maken het niet alleen mogelijk terug te kijken, maar ook vooruit te kijken en daarmee te anticiperen op vaardigheden die leerlingen van een verschillend vaardigheidsniveau de komende periode gaan verwerven. Op de vaardigheids-profielen in de Inhoudsverantwoording staan per onderdeel en per afnamemoment enkele opgaven die leerlingen van verschillend vaardigheidsniveau (een zwakke leerling, een gemiddelde leerling en een goede leerling) goed beheersen.
Mede op basis van de toetsresultaten van de leerlingen kunt u het onderwijs op groepsniveau en schoolniveau volgen en evalueren en zo nagaan of uw school beantwoordt aan de doelstellingen die u nastreeft. In de paragraaf over school-zelfevaluatie (paragraaf 5.1) kunt u hier meer over lezen.
1.2 Ontwikkeling en opzet
Voor de ontwikkeling van de toetsen zijn, voor elke halfjaarlijkse onderwijsperiode in het basisonderwijs (van medio groep 3 tot en met medio groep 8), in de periode 2002 tot en met 2006 opgaven geconstrueerd. De geconstrueerde opgaven voor groep 3 tot en met 8 hebben betrekking op de volgende drie domeinen: • Getallen en bewerkingen; Meten, meetkunde, tijd en geld; Verhoudingen, breuken en procenten. De opgaven zijn voorgelegd aan een groep leerlingen van een groot aantal scholen in de periode 2003 tot en met 2007. Bij die afnames zijn de meeste leerlingen drie afnamemomenten gevolgd. De leerlingen zijn gevolgd om de ontwikkeling van de rekenvaardigheid in kaart te brengen en referentiegegevens van een landelijke normgroep te verzamelen. Bij de analyse van de antwoorden van de kinderen op de opgaven is nagegaan of de verschillende onderdelen een beroep doen op hetzelfde complex aan vaardigheden. Dat bleek het geval te zijn. Daarom is er voor groep 3 tot en met groep 8 een schaal geconstrueerd, die we de algemene rekenvaardigheidsschaal (de schaal: 'Rekenen algemeen') genoemd hebben.
De opgaven die voor ieder onderdeel zijn geconstrueerd, zijn aan een landelijke steekproef van leerlingen voorgelegd. Dit heeft gegevens opgeleverd over de kwaliteit en de moeilijkheid van deze opgaven en over de vaardigheid van leerlingen in het land op de verschillende afnamemomenten. Op basis van deze gegevens is de schaal geconstrueerd en zijn de toetsen samengesteld.
10
Nieuwe alinea
